Onderdelen Vittorio

Onderdelen Vittorio
Pedalen Koplamp Remgrepen met shifters Voor- en achterrem Naafdynamo Banden Velgen Spaken Santos Alleshouder Bidonhouder Crankstel Stuur Achter- en voorderailleur Zadel Achterlicht Garagedeur Achterdrager Vast slot Framepomp Voordrager Standaard Cassette, ketting en achternaaf Frame Spatborden Ingebouwde lader

Pedalen

MKS Allways. Ultralicht lopende plateau-pedalen met pinnetjes zodat m'n schoenen geen millimeter bewegen. Klikpedalen op een bagagefiets is geen logische keuze. De efficiency-winst is waarschijnlijk nul, zie (onder andere) dit onderzoek. Op een racefiets of mountainbike helpen ze om via je voeten te sturen en voorkomen ze bij kracht zetten (uit je zadel komen) dat je van je pedalen schiet. Voor een bagagefiets is dat allemaal niet relevant, de nadelen wel: beperkte schoenkeuze, de positie van je voeten niet kunnen wijzigen, verminderde bloedcirculatie (om nut te hebben zitten klikschoenen strakker = koude voeten in de winter) en onhandig bij modderwegen, boskamperen en supermarktbezoek.

Koplamp

SON Edelux II. Aluminium, volledig waterdicht. Met Aan-Uit-Automatisch standen. Een enorme bak licht, met als pluspunt dat de lichtbundel duidelijk afgebakend is (weinig strooilicht), waardoor hij bij de juiste afstelling tegenliggers niet verblindt. Met steun van Idworx.

Remgrepen met shifters

Shimano Tiagra triple (links) 10-speed (rechts). Tiagra is de basis-racegroep van Shimano. Niet heel hightech, wel betrouwbaar en sterk.

Voor- en achterrem

Tektro mini V-brake, mechanisch, met Jagwire remkabels. Remmen als een dolle, de stijvere Jagwire-kabels helpen daarbij. Op een volgende fiets kies ik mechanische schijfremmen. Die verzwakken m'n velgen niet en remmen niet zozeer beter, maar wel directer (ik ken ze van m'n ligfiets). Van hydraulische remmen blijf ik af, zeker als ik langer en verder wegga. Die dingen goed ontluchten is een klus, en dat moet helaas regelmatig. Mechanische remmen zijn simpeler en gemakkelijker zelf onderweg af te stellen. Je moet alleen iets harder in je remgreep knijpen voor dezelfde remkracht als z'n hydraulische broer.

Naafdynamo

SON28, 36-gaats, met industrie-gelagerde naaf. Onbetwist de efficiëntste (meeste opbrengst bij de minste weerstand) naafdynamo die er is. Altijd stroom voor m'n verlichting en voor m'n Forumslader, bij een weerstand waar ik niets van merk. Die weerstand is in deze video gemeten en in perspectief geplaatst.

Banden

Maat: 37-622. De breedte van 37 mm was ooit de standaard, is naar de huidige trend smal, maar bleek probleemloos in bijvoorbeeld Pakistan, China of op de R1 naar Berlijn. Op een volgende fiets kies ik voor 47 of 50 mm's. Die kunnen echter niet tussen de vorken van m'n Vittorio.
Type: Schwalbe Energizer Plus. Anti-lek, maar iets minder dan de Schwalbe Marathon Plus, daardoor een groter comfort. De Marathon Plus rijdt als een massief houten wiel omdat de dikke anti-leklaag maakt dat de band slecht vervormt. Anti-lekbanden hebben dus ook nadelen (dat realiseerde ik me eerst niet).

Velgen

Exal SP19 Tour. Aluminium, 622 mm doorsnee ('28 inch' in de volksmond, al zegt dat niets over de velgmaat), 36-gaats. Deze velgmaat is standaard bij racefietsen en veelgebruikt bij bagagefietsen. De kleinere 559 mm velg ('26 inch') was de klassieke mountainbike-maat en een tijd de mode bij bagagefietsen, maar is aan het verdwijnen. Kleinere wielen zijn iets wendbaarder, maar hebben een grotere rolweerstand. Grotere wielen zijn betere afstandswielen en lopen lichter. De tussenmaat (584 mm, 27,5 inch) wordt steeds populairder, omdat deze samen met een bredere band (vanaf 45 mm, de huidige trend) een niet te lomp en te zwaar wiel oplevert (zoals 29-inch wielen, met 622-velgen en brede banden).

Spaken

DT Swiss Competition. Staal, butted (verdikt aan de uiteinden), 36 stuks per wiel. Op een bagagefiets heb je elke spaak nodig, laat je niet (zoals wielrenners) verleiden tot een wiel met minder dan 36 spaken. Meer spaken heeft een limiet, omdat dit de naaf-flens verzwakt. Speukbraak (te leuk, sorry) is voor een bagagefiets geen fact of life, maar een teken van een slecht gespaakt wiel. Of van een kuil die je gemist hebt. Ik heb nog nooit een spaak gebroken.

Santos Alleshouder

In een standaard bidon gaat 0,7 liter, als je langer zoekt vind je ze ook van 0,75 of 0,8 liter. Met twee daarvan kom ik een dagetappe door met mild weer en onderweg een blik cola. In de zomer wordt dat, zeker in Zuid-Europa, anders. Als daar de cola-hutten niet op de route liggen en de dorpspomp uitgedroogd is moet ik woekeren met water. In de Santos alleshouder ('petfles-brancard', geniaal) past een grote PET-fles waar die cola in heeft gezeten die je onderweg zocht. Ik doe er een 1,5 liter Nalgene fles in met wijde opening (gemakkelijk schoonmaken) en drinkdop. Volgens Santos kun je er ook een regenjas of een paar slippers in stoppen. Ja.

Bidonhouder

Blackburn Mountain Bottle Cage. In Nederland niet te krijgen, wel online in de UK. De meeste bidonhouders zijn ontworpen om zo licht mogelijk te zijn, voor gebruik op racefietsen (wedstrijdfietsen). Gevolg is dat ze, met 750 ml water erin, gaan trillen of zelfs klapperen als je over een gravelweg dendert. Niet fijn en niet nodig. De Mountain Bottle Cage is van dikker aluminium, gegarandeerd trilvrij. Weegt mogelijk 15 gram meer.

Crankstel

Shimano XT, 10-speed, triple (48 - 36 - 26 tanden). XT is de betere klasse (groep, hoewel mijn fiets niet aan één groep doet) mountainbike-onderdelen van Shimano, een no-brainer voor een onderdeel dat veel te verduren heeft. Aan een dubbel voorblad (36-26 tanden) heb ik eigenlijk genoeg, de 48 gebruik ik zelden, maar die optie is er niet.

Stuur

Racestuur. Ergonomisch gezien het beste stuur voor het fietsen van lange afstanden. Laat je armen ontspannen langs je lichaam hangen en kijk dan naar de stand van je handen (rug van de hand naar buiten, duim naar binnen). Die positie hebben je handen ook op een racestuur, waardoor die positie het langst zonder irritatie vol te houden is. Op een recht stuur zijn je polsen gedraaid, dat gaat op den duur irriteren. Daarom hebben veel rechte sturen 'hulpstukken' voor een positie die wél comfortabel is. Rechte sturen op bagagefietsen zijn te klakkeloos overgenomen van mountainbikes, waar ze nut hebben omdat je met een recht stuur meer zijdelingse kracht kunt uitoefenen in moeilijk terrein. Een beladen bagagefiets rijdt meer op de (verharde/onverharde) weg dan door het terrein en rijdt langere afstanden.

Achter- en voorderailleur

Shimano Tiagra, no-nonsense racegroep. Ik heb bij de onderdelenlijst van m'n Vittorio zitten slapen bij de keuze van de derailleurs. Ik had liever XT-derailleurs gehad (die goed samengaan met race-shifters). Uiteindelijk doen de Tiagra's het inmiddels ruim 44.000 kilometer probleemloos, dus zo nauw luistert dat kennelijk niet. Er zitten achter wel Shimano Ultegra derailleurwieltjes in (slijtvaster).

Zadel

Terry Fisio flex gel (brede variant). Niet te zacht (daar wordt je bekken doodmoe van) en niet te hard (waardoor ik geen fietsbroek met dikke zeem hoef te dragen om de dag door te komen). Er zijn twee breedtes, ik vond de bredere fijner zitten. Op m'n vorige bagagefiets zat een leren Brooks-zadel, dat het nadeel heeft dat het niet nat mag worden omdat het dan uitrekt. Doe het jezelf niet aan om een keihard race- of sportfietszadel te kiezen, dat heeft op een bagagefiets geen enkele functie.

Achterlicht

SON. Aluminium en waterdicht. Ik ben iemand die regelmatig stukken in het donker fietst, bijvoorbeeld bij een vroege start in de herfst. Op den duur was ik het zat om steeds een voor- en achterlicht te moeten opladen. Achter gaat nog, maar met een lichtbundel waarmee je echt wat ziet in het bos is een koplamp na zo'n 2 uur leeg. Als je die tenminste niet eerder hebt gebruikt bij slecht zicht in een regenbui. Met de combi naafdynamo en vast voor- en achterlicht, allemaal van SON, heb ik altijd en onbeperkt licht op m'n fiets. Erg fijn.

Garagedeur

Geschilderd met echte Noorse verf. Blijft thuis.

Achterdrager

Vittorio. Lichtgewicht stalen buizen. Vittorio ontwerpt z'n eigen achterdrager, waarbij de vlakken waartegen de achtertassen rusten onder een hoek staan en aan de bovenkant naar binnen neigen. De bovenkant van de drager is daardoor smal, het idee achter deze vorm is een grotere stabiliteit. Ik ervaar het als een fijne drager. Kies bij dragers voor staal (zoals van Tubus, bewezen ijzersterk en licht) en niet voor aluminium. Aluminium is star: bij overbelasting buigt het niet, het breekt. Overkomt je dat onderweg, dan kun je een stalen drager zelfs op het Indiase platteland laten lassen. Aluminium lassen is een specialisme dat je alleen in de grotere steden van ontwikkelde gebieden vindt.

Vast slot

Axa. Het zit erop omdat ik deze fiets ook voor ritten naar m'n opdrachtgevers gebruik, waarbij een dergelijk slot voldoende is. Bij een pure reisfiets die ver weg gaat gebruik je altijd (dat doe ik althans) een kabelslot om 'm 's nachts ergens aan te verankeren en kan een vast slot achterwege blijven.

Framepomp

Zéfal HPX. Een framepomp is langer dan een mini-pomp die je in een wielershirt-zak stopt, waardoor je per slag meer lucht in de band pompt en je geen lamme arm krijgt bij het van 0 naar 5 bar oppompen van een vervangen band. Ik weet niet of ik daar nu nog voor zou kiezen. Een (bijvoorbeeld) Lezyne mini-pomp (die ik voor m'n ligfiets heb) is ook sterk, is lichter en genereert net zo veel druk. Je maakt wel veel meer pompslagen.

Voordrager

Op deze foto: Tubus Duo. Lichte stalen buizen, sterk en functioneel. Simpeler kan een voordrager niet zijn. Ik gebruik 'm niet meer, op de meeste tochten kan ik zonder voortassen al m'n spullen kwijt. Inmiddels vervangen door 2 titanium Manything cages, hyperlichte vorkdragers waarop ik waterdichte zakken (drybags) kan zetten (per stuk ruim een halve kilo lichter dan een voortas) voor als er meer mee moet, zoals koudweer-spullen op weg naar Stavanger.

Standaard

Bontrager (op deze foto staat z'n voorganger). Ik was nooit van de standaarden. Op m'n vorige fiets (met voordragers en -tassen omdat ik lang en ver weg ging) zat er geen. Een volbeladen fiets heeft een slechte balans, als-ie omkiepert kan dat een vitaal onderdeel beschadigen (zoals een verbogen aluminium stuur dat je niet meer terugbuigt). Zonder standaard ben je gedwongen om 'm neer te leggen of tegen een muur te zetten. Dat deed ik dus altijd. Op deze fiets, die ik ook voor korte en minder beladen tochten gebruik, zit wel een standaard. Heel fijn.

Cassette, ketting en achternaaf

Shimano XT, 10-speed. XT is de betere (slijtvaster, schakelt wat vlotter) mountainbike-groep van Shimano, dat heeft meerwaarde boven een basisgroep als Deore. De cassette heeft 11-36 tandjes. Met een kleinste voorblad van 26 tanden betekent dat een kleinste verzet van 26-36. Dat is erg aangenaam als je met al je spullen een helling van 10-12 procent op moet. Het gaat niet om hoeveel kracht je kunt zetten, maar om je knieën die je met een kleiner verzet ontziet. Achternaaf: Shimano Deore. Ook daar had ik liever een XT-versie gehad. Die is slijtvaster, maar deze Deore-naaf gaat probleemloos al 44.000 km mee.

Frame

Chroommolybdeen-staal, lugloos, op maat gemaakt (Vittorio). Sterk en licht. Heeft als groot voordeel dat het - beter dan aluminium - goed om kan gaan met wisselende belastingen, trillingen dempt en klappen opvangt doordat het iets aan veerkracht heeft. De fixatie op totale framestijfheid is nuttig bij racefietsen, niet bij bagagefietsen. Een beladen fiets waar je wéken op zit moet om kunnen gaan met trillingen en klappen die de fiets (en dus jij) krijgt. Dat is wat anders dan instabiliteit die niet lekker afdaalt en stuurt, want dat wil niemand. Mijn Vittorio zou veerkrachtiger mogen, de framebuizen zijn iets te oversized. Is staal dan niet véél zwaarder dan aluminium? Nee, het scheelt zo'n 800-1200 gram (frame + vork) bij een gemiddelde frame-grootte.

Spatborden

Hard-kunststof, vóór en achter. Doen, niet over nadenken. Spatborden heb je niet voor de regen, maar voor natte wegen. Die zijn nog nat lang nadat het opgehouden is met regenen. In de tussentijd zitten jijzelf, je tassen, tent en wat je achterop hebt zitten en hangen onder de modder. Niet bijzonder nuttig. In het buitenland, waar wegen opnieuw verhard worden met pek en los grind, voorkomen spatborden dat je onder het pek-grind komt te zitten. Punt gemaakt.

Ingebouwde lader

Forumslader. Een USB-aansluiting bovenin je balhoofd waarmee je onderweg alles kunt opladen, het klinkt even geniaal als het in de praktijk is. Gemaakt door Jens During, die dat eerst als hobby deed maar onderhand een productielijn kan opzetten (Santos biedt het inmiddels aan als optie bij z'n reisfietsen). De Forumslader zet de door de naafdynamo opgewekte stroom om in een stabiele laadstroom. Dat gaat via een buffer-accu, waardoor fluctuaties (waar sommige apparaten niet van houden) in de opgewekte spanning worden opgevangen.